Clubrit 24

Brasschaat

Zaterdag 12-8-2023, een app-je verklapt dat Andres verstek zal laten gaan. Nu ben ik noodgedwongen ook al driemaal de snor aan het drukken, dus offer ik me maar al te graag op.

Hou met de drankinname er toch al rekening mee, en lig gelukkig op tijd in de mand.

 

Zondag 13-8

 

De wolken zijn al vroeg op, dreigen vriendelijk, maar houden de regen voor hunzelf. Een aangename 15 graden laat de lange mouw in de kast rusten, en aan de eind van de oprit wacht mijn maatje.

Kortom, het is weer zondag.

Bij het naderen van Rucphen komt er al een klepper van rechts, en heeft de pedalen lekker aan de gang, de benen moeten warm , zo lijkt het.

De stoep vult zich al snel met gele kleppers, echter is de vangst maar mager, 9 is op school niet verkeerd gebleken, maar voor onze club , veel te ver onder de maat.

Weer een punt voor op de agenda hou ik me voor:)

 

Peter S en Peter J tonen zich de voorbeeldgevende trappers, en zetten koers naar Schijf, de wind komt uit het westen, zuid- westen, dus eerst maar ff de haren in de wind. Na deze beurt besluiten anderen toch de wind , de wind te laten en zoeken hun weg naar Belgisch grondgebied.

Gelukkig geen grenspost meer open, en trappen we heerlijk de Belgische betonstroken op. En voor we het weten zijn de twee P, niet te verwarren met de drie J’s weer aan de beurt.

Eerlijk gezegd weet ik niet waar ik verzeilt geraak, maar het deert ons niet, een gil vanuit de achterhoede doet ons erger voorkomen, en schijnbaar weet iemand vast wel de weg.

Of dat helemaal de waarheid blijkt , moet nog bezien, in de grote stad, raken we toch aardig van onze stuk, links , rechts, hinkel, struikel, maar uiteindelijk is daar een herkenningspunt.

Bij het stoplicht word er rechtsaf geadviseerd, en zoals een goed clubje renners behoort te doen , gaan we rechtdoor , heerlijk.

Wat kan ik daar toch van genieten.

In Kapelle aangekomen weet Adri de weg, of het nu komt omdat daar de Barreel is gehuisvest , of dat hij daar nog een lief heeft gehad, is me nog onduidelijk.

Duidelijk is wel , dat dat liefdesnestje, maar van korte duur is geweest, schijnbaar moest ze zichzelf tweemaal per week scheren, en dat vond Adri echt te gek.

Maar de weg weet hij er in ieder geval wel door, dus langs het spoor gaan we richting de Stasie, om vervolgens Putte aan te doen.

 

Daar weet men weer de weg, en gaan de trappers snelle slagen rond. En met de blaas weer leeg gaan we richting de schietbaan van Trapke op.

Een kleine spraakverwarring doet me een fout maken, en ik trap lekker rechtdoor, korte vreugdekreetjes vanuit de achterhoede doen vermoeden dat ik toch rechtsaf had moeten slaan.

 

Maar tot ieders vreugde is de heerlijkheid van Wouwse plantage zo in beeld. Fanny heeft de frietpan nog niet warm , want het licht is uit, en gasten nog niet welkom.

Ron besluit nog wat aan de siteseeing te gaan doen, en rechts , links en rechtdoor te gaan, en in een zucht en en wip zijn we in Nispen.

 

Daar moet ik vol in de ankers, want een tegemoetkomende groep is mij te snel af, en ik blijf iets achter. De benen blijken niet veel meer in zich te hebben, en met wat pijntjes kruip ik weer aan de groep.

Nog maar een klein stukkie.

 

Dat kleine stukkie word aardig afgewerkt, en binnen een tiental minuten zijn we aan de langedijkse , en is het draaien en aanzetten.

Het fietspad word aangesneden, en daarmee is de beer los, ik zie schuiven en snuiven, het tempo gaat omhoog , en ik zie al snel wat zwarte kontjes, maar mijn pijp is leeg.

Gelukkig is daar altijd leverende , en trouwe Kees, en samen bollen we richting de laatste 500 meter.

Bij tien over zes  drinken we er nog eentje, want de 100 km vraagt om vocht. Een nette 31 gemiddeld kan weer in de boeken.

Nog ff , en tis weer kerst.

 

De twee P’s bollen nog lekker met de wind in de rug huiswaarts, bedankt ehh Peet, ja, gij bedankt, tot volgende week ehh, ja volgende week.

Thuis wacht een koffie en kampioenschap.

 

De tuintjeskrabber